Mijn moment van 2014. Bijzonder. Nee, heel bijzonder. Nee, eigenlijk ultiem bijzonder. Mijn trip naar Salvador, naar Nederland – Spanje. De eerste wedstrijd van Oranje op het WK 2014 in Brazilië. Ik zou eigenlijk helemaal niet gaan. Ik werd op weg naar de nacompetitiewedstrijd FC Groningen – AZ (Groningen plaatste zich in het zonnetje voor Europees Voetbal, red) gebeld door Joris. Hij vroeg me eigenlijk direct of ik mee wilde gaan naar Brazilië. Niet een vraag die je dagelijks krijgt. En al helemaal niet als het gaat om de wedstrijd Nederland – Spanje. De kaarten, vlucht en hotel waren al geregeld. Na kort overleg thuis was het antwoord niet al te moeilijk. Gaan! Once in a lifetime… en daar was geen letter van gelogen. Het werden vele kersen op de taart, iets wat ik gegarandeerd nooit meer in mijn leven mee ga maken. Denk ik.
Op woensdag 11 juni vertrokken we vanaf Schiphol met een gecharterde vlucht naar Salvador. In totaal 13 uur vliegen, 4 uur tijdsverschil. Lokale tijd 16:00 uur kwamen we aan om direct door te gaan naar het hotel, gelegen aan de Atlantische Oceaan op ongeveer 45 minuten rijden van het centrum van Salvador. Niet al te veel meer gedaan, los van het drinken van wat locale biertjes. Slapen was slim. Zo gezegd zo gedaan.
De wereld staat stil
Donderdag 12 juni stond in het teken van de openingswedstrijd: Brazilië – Kroatië. Natuurlijk gaan we even sfeer proeven in Salvador centrum, logisch. Lunchen, sfeer proeven, biertje, sfeer proeven, biertje, fotootje, sfeer proeven. De wedstrijd start om 18:00 uur lokale tijd (22:00 uur Nederlandse tijd). Het gehele leven in Brazilië kwam stil te liggen. Bars, restaurants, banken, souvenirsshops, hotdogtentjes en taxi’s gingen dicht. Alles stond in het teken van de openingswedstrijd. Het hele land ging de wedstrijd kijken en daar moest alles voor wijken. Logisch in zo’n voetbalgek land als Brazilië.
Eieren voor je geld kiezen
Op een centraal plein verzamelden ’s middags al vele Brazilianen, bandje erbij, muziekje erbij, samba-tje erbij. Dat je eerst langs wat zwaar bewapende militairen moest namen we (inmiddels met 3 andere Nederlanders die we in het hotel hebben leren kennen) op de koop toe. Toen we eenmaal gefouilleerd waren dachten we het plein als Oranje-toerist rustig te kunnen betreden. Niet dus. Op een afstand van ongeveer 10 meter werden we door verschillende personen gewaarschuwd voor zakkenrollers. De eerste slachtoffers troffen we daar ook. Bij de 3e waarschuwing kozen we eieren voor ons geld en verlieten het plein om een rustig barretje op te zoeken om de wedstrijd te kijken. Deze keuze viel te billijken met een Iphone in de broekzak, een Ray-Ban zonnebril op het hoofd en €100 aan cash. Dat we een doelwit zouden zijn stond voor 100% vast.
Alsnog beroofd, we lachten er om
De openingswedstrijd werd bekeken in een klein, authentiek, maar gezellig barretje. Geen gehaast, wel wat biertjes en een gemêleerd gezelschap aan voetbalsupporters uit alle windstreken van de wereld. Zoals het hoort te zijn. Toch bleef het aan ons knagen dat we het ‘plein’ op wilden. Al is het alleen maar om de sfeer te proeven. Brazilië stond al met 1-0 voor dus er was alle reden tot feest. Zo gezegd, zo gedaan. We lieten onze waardevolle spullen achter bij andere Nederlanders uit het hotel en namen een paar muntjes mee voor een biertje. Geen telefoon, geen zonnebril, geen cash… helemaal niets. “Beroof ons maar, we hebben lekker toch niets”. Bij het plein aangekomen ontmoetten we een andere Nederlander met zijn Amerikaanse vriendin. Rugzak op, baardje, brilletje en vol op zoek naar avontuur. We waarschuwden hem voor zijn spullen, hij durfde het wel aan. Ze liepen voor ons uit het plein op. Door de mensenmassa heen, het was druk. Geen 30 meter verder sprak ik hem aan en zei uit de gein: “heb je je telefoon nog” en klapte hem op de schouder. “Jazeker, kijk maarrrrrr…. KUT”. Toch beroofd dus. Onze wegen scheidden en we bestelde 2 biertjes. Tussen de feestende Brazilianen. Toch niet allemaal feestend. Voor ons stonden 2 jongens die elkaar strak aankeken, niet kijkend naar de wedstrijd. Een apart gevoel bedroop ons: ze zien ons als doelwit, dat kan niet anders. Eén van beiden knielde op de grond en strikte zijn veters. Of was het een truuc om vanaf onderen onze zakken te bekijken om te kijken waar onze spullen zich bevonden? Het laatste. Ik had al zo’n idee en keek deze Braziliaanse tiener recht in zijn ogen; ik had hem wel door. Hij voelde zich betrapt en kwam snel omhoog. Helaas jongen, mij heb je niet zo makkelijk.
Brazilië had mazzel, Kroatië mocht niet winnen. Een glaszuiver doelpunt werd afgekeurd en Brazilië kreeg in de 79e minuut een zeer omstreden strafschop. Het voordeel van het thuisland zullen we maar zeggen. De strafschop werd genomen, binnen geschoten en iedereen juichte. Mooi om mee te maken! Toen de feestvreugde was bedaard keek ik naar beneden. Beide broekzakken hingen uit mijn broek. Het kleine beetje wisselgeld, wat in het puntje van mijn broekzak zat, was weg. Dus toch beroofd, al was het maar van maximaal een paar eurocent. Ik moest lachen toen ik ook de broekzakken van Joris zag. Die hingen er ook uit. Haha, beiden dus beroofd. Het werd dus 2-0 voor Brazilië en dat was voor ons hét moment om het plein te verlaten.
We liepen rustig het plein af, door de feestende Brazilianen door. Plots werd “de poort” voor ons door 2 jongens gesloten. We werden ingesloten door een groepje van ongeveer 6 Zuid-Amerikanen en in de scrimmage die ontstond werd hij zeer bedreven beroofd van zijn horloge nadat eerst zijn pols en onderarm werden gefixeerd. Je kon er niets tegen doen. De aanwezige militairen, zittend op een verhoging, zagen het gebeuren maar deden niets. In de worsteling viel het horloge. Deze wisten we snel te pakken om vervolgens snel door te lopen. Alsof het er bij hoorde. We liepen terug naar het barretje waar we onze waardevolle spullen weer konden ophalen. Waren we deze middag naar het plein gegaan dan waren we alle 5 waarschijnlijk alles kwijt geweest. Dat is dus de winst op dit moment. De totale schade: 1 verloren slipper, 1 kapot horloge en wat Euro centjes. Het had dus erger gekund.
Vanaf nu gaat het verhaal leuker worden, veel leuker zelfs. Maar bovenstaande is belangrijk om te vermelden, omdat een vlieger nooit opstijgt met tegenwind. Of, je kan alleen pieken als je ook de dalen kent.
Wakker worden met dé Oranje bus voor je deur
Goed geslapen de gordijnen van onze hotelkamer opentrekkend, heb ik eerst even in mijn arm moeten knijpen. Wat doet die bus hier nou? Op 15.000 kilometer van huis stond dé Oranje-bus (zie foto onder) voor ons hotel. Ons hotel! Wat vet. Wat een vette bus. Niet normaal. Wat een cool ding. Ik was enthousiast. De mannen van oranjefans.nl gaan al jaren met deze bus het Nederlands Elftal tijdens eindtoernooien achterna (http://www.oranjefans.nl/index1.php?page=verslag1/2014/wk/spa-ned.php) en hebben na vele tegenslagen de bus in Salvador gekregen. De ‘bemanning’ van de bus sliep in ons hotel en was net donderdagmiddag aangekomen na een barre tocht vanaf São Paulo.
Via de mensen die we in het hotel hebben leren kennen begrepen we dat ook wij met de bus mee mochten, naar het centrum van Salvador. “Waaat, wat vet!” Wij. Met. De. Oranje. Bus. Naar. Het. Centrum. Van. Salvador. Naar. Het. Oranjeplein. Veel beter kan je de dag niet beginnen. Om 10:00 uur verzamelen voor het hotel, strak blauwe lucht, goedgehumeurd en iedereen in het Oranje uitgedost. Dit was dé dag waarom we naar Brazilië gekomen zijn. Nederland – Spanje. De wedstrijd waar niemand iets van verwachtte.
Een bustrip door smalle straatjes met bijna kapotte elektriciteitskabels
We zochten in de Oranje-Engelse-dubbeldekkerbus een plekje bovenin. De Nederlandstalige oranjemuziek knalde direct uit de speakers, er werd meegezongen met het Wilhelmus en de biertjes werden bediend. In een oranje bus. In Brazilië. In Salvador. Een paar uur voor Nederland – Spanje. In ongeveer een uur reden we naar het Oranjeplein. Door drukke straatjes, Brazilianen klappend van plezier om de Oranjebus te zien. Perplex stonden velen. Dit hadden ze nog nooit gezien. Rijdend op de TomTom die ons door veel te smalle straatjes leidde waarbij alle aanwezigen moesten helpen om over de straat hangende elektriciteitskabels over de bus te begeleiden omdat er anders wat huizen zonder stroom of kabeltelevisie zouden komen te zitten.
Het Oranjeplein was reeds volgestroomd met duizenden enthousiaste Nederlanders. Een podium op het plein waar door 2 DJ’s muziek aan elkaar werd gepraat. Toen we met de bus de hoek om kwamen werd de muziek stil gelegd, er werd gezegd “de oranjebus, de oranjebus. Kijk jongens, de oranjebus is er”. Luid werd de bus (en de crew) toegeklapt én toegezongen door de aanwezige supporters. Apart om mee te maken. De crew van de bus was zichtbaar ontroerd door dit onthaal, en terecht. Emoties kwamen tot uiting. Een plan van 2 jaar was op het nippertje geslaagd. Wow, wat een vet plan én wat een uitvoering! De bus werd neergezet in de hoek van het plein en nu was het tijd om ons te mengen in het feestgedruis.
Wat een sfeer op zo’n bijzondere plek. 15.000 kilometer van huis, in de stralende zon, Nederlandstalige muziek en alleen maar vrolijke mensen. Onwerkelijk haast. De meest briljante oranje-carnavals-pakken kwamen voorbij. Normaal zie je die alleen op Koninginnedag/Koningsdag maar nu zag je ze hier.
Biertjes maar ook zeker diverse waterflesjes werden soldaat gemaakt. Om over soldaten (eigenlijk militairen met dikke guns) te spreken, die waren er ook. Om de orde te handhaven. Was natuurlijk niet nodig met oranjesupporters. Maar toch, voor het geval dát. Met een oranje-opblaas-knuppel die tijdelijk dienst deed als fictieve microfoon kon ik deze militairen interviewen. Het begin verliep taaltechnisch (alles door elkaar) wat stroef maar de belangrijkste conclusie was dat ik een glimlach op deze gezichten kon toveren én warempel: ze hadden allen een oranje sjaal in hun ‘ik wil ook zo’n broek met van die zakken aan de zijkant’ broek.
Oranje carnaval in het land waar het carnaval geboren is…
Tradities zijn er voor om in stand te houden. Met de lokale autoriteiten was door de KNVB afgesproken dat een heuse ‘oranje parade’ door de stad gehouden mocht worden. Onder politie (lees: militaire) escorte. De motor van de bus werd gestart, we konden weer instappen en het Oranjeplein liep leeg. Vrijwel iedereen liep vanaf het Oranjeplein achter de bus aan. Door de smalle straatjes van Salvador. De boxen op de bovenkant van de bus zorgde voor de muziekale ondersteuning. Wat een feest! Oranje carnaval in de straten van Brazilië, waar het carnaval geboren is. Brazilianen dansten mee en militairen legden geweren weg om video’s te maken met de mobiele telefoon. Wij boven op de bus, biertje in de hand, dansend, pratend, glunderend. Wat een droom. We zeiden tegen elkaar dat ‘we’ vanavond best met 10-0 mochten verliezen van Spanje, want dit avontuur pakken ze ons niet meer af. Na een tocht van ongeveer een uur kwamen we terug op het plein om daarna in colonne met alle supporters naar het nieuw gebouwde stadion te lopen. Een tocht van ongeveer een half uur.
De upgrade naar hospitality
Wat een dag tot nu toe. Lekker weer, leuke mensen, een oranje bus, biertjes, carnaval door de straten en dan moest de wedstrijd op het WK nog komen. Mijn debuut op een WK. Tijdens de tocht naar het stadion kwam er nog een kers op de taart. We konden onze toegangskaarten upgraden naar hospitality-kaarten voor een bijbetaling van $75. Gevolg zou zijn dat we in het stadion een hapje konden eten (buffet) en onbeperkt drankjes konden bestellen die op de tribune werden geserveerd. Doen! Direct! Zo gezegd zo gedaan. We liepen met onze nieuwe kaarten direct langs alle toegangspoorten, maakten wat foto’s en zochten onze plekken op in het speciaal voor dit WK gebouwde stadion. Mooie plekken achter het doel. De kippetjes én rijst lachten ons toe bij het lopend buffet nadat we een eerste Caipirinha bij de bar hadden besteld. Die hadden we nog niet gehad en dat is toch wel een must als je in Brazilië bent. Goed, die konden we dus ook afstrepen. Rustend wachten op de wedstrijd, de dag kon toch al niet meer kapot.
De wedstrijd van het jaar, daar was ik bij!
Moet ik nog veel over de wedstrijd zeggen? Ik denk het niet. Wij zagen het doelpunt van van Persie niet aankomen. We zaten achter het doel en de diepe bal van Blind was voor ons moeilijk in te schatten. Dat de bal plots achter Casillas lag was voor ons een complete verrassing. Geen onaangename verrassing. De hele rust heb ik iedereen op de tribune laten weten dat wij uit Nederland kwamen. We zaten tussen de Brazilianen, Spanjaarden, Cubanen, Portugezen, Chilenen. In ons gedeelte waren amper Nederlanders. Ze hebben het wel geweten. Ze werden zelfs door ons gezang geënthousiasmeerd en begonnen mee te zingen. Zo moeilijk was het nummer niet: ‘ooooooooooh van Persie, jatatatatataaaa, ooooooooo van Persie, jalalalalala”. Dit kan je 100x herhalen. Enkele Braziliaanse kinderen gingen zelfs wat dansen op ons gezang. Leuk. De wedstrijd eindigde in de bekende 5-1, een wereldwedstrijd. Niet te bevatten. Spanjaarden klapten tijdens de wedstrijd voor het NL-XI-tal en gaven ons na de wedstrijd vele complimenten. Wat een feest.
Jack van Gelder bij het ontbijt
Het Oranjeplein was na de wedstrijd geen Oranjeplein meer. Geen feest, geen muziek, niets. Beetje een teleurstelling voor als je iets op deze dag een teleurstelling mag noemen. Ok, we hadden gewoon een feestje verwacht. Die kwam niet. Verstandig als we waren gingen we ook niet het centrum van Salvador in. Er zat al genoeg alcohol in het lichaam én de ervaring een dag eerder maakten het niet aantrekkelijk om Salvador op stelten te zetten. Met de taxi naar het hotel was het meest verstandige. De volgende dag vlogen we echter ook al weer terug naar Nederland. Natuurlijk hebben we niets meegekregen van hoe het in Nederland ontvangen was. Geen commentaar gezien, gelezen of gehoord. Het eerste wat we bij het ontbijt hoorden was het commentaar van Jack van Gelder bij alle doelpunten. Er was al een compilatie van gemaakt door een creatieveling. Wauw! Wat vet! Rillingen over de armen.
Het was dus geen droom, alles wat ik op de vrijdag 13 juni 2014 heb meegemaakt was echt. 100% echt. Bij het vertellen van bovenstaande krijg ik iedere keer weer het kippenvel over mijn gehele bovenlichaam én is voor mij hét moment van 2014. Laat 2015 maar komen.